Met enige regelmaat komen wij IT-contracten tegen, waarin software tegen een periodieke vergoeding ter beschikking gesteld wordt aan klanten van een softwareleverancier of waarin letterlijk staat dat de software wordt verhuurd. Kun je spreken van verhuur van software en zo ja, wat zijn de consequenties van die juridische kwalificatie?
Kooprecht en softwarelicentieovereenkomsten
Nog niet zo lang geleden is het in het Beeldbrigade-arrest door de Hoge Raad bepaald, dat het wettelijk kooprecht van toepassing is op de licentieovereenkomsten voor standaardsoftware, waarin voor onbepaalde tijd een gebruiksrecht wordt verstrekt. Eis is wel, dat voor het gebruiksrecht is betaald. Een belangrijk gevolg is, dat de software aan conformiteitseisen moet voldoen. De software moet met andere woorden voldoen aan hetgeen in de overeenkomst tussen partijen is vastgelegd en wat partijen daarvan redelijkerwijs mogen verwachten. Dit betekent ook dat de koper eisen mag stellen aan de software op het gebied van kwaliteit. De software moet geschikt zijn voor normaal gebruik en moet over de verwachte functionaliteit beschikken.
Daarnaast is nog in het zogenaamde Usedsoft-arrest bepaald dat standaardsoftware die voor onbepaalde tijd en tegen betaling in licentie is gegeven, door de licentienemer mag worden doorverkocht aan een ander. Ook al is in de licentieovereenkomst bepaald dat dit niet mag.
Huurrecht en softwarelicentieovereenkomsten
Indien het kooprecht onder voorwaarden van toepassing is op de handel in software, is het dus ook interessant om te kijken of dit kan gelden voor het huurrecht. Zoals in de inleiding zien wij al licentiecontracten, waarbij de leverancier aangeeft dat de software wordt verhuurd aan de licentienemers.
De vraag is wat de juridische consequenties zijn van het kwalificeren van een softwarelicentie als huur. In het Burgerlijk Wetboek (titel 7.4) staan namelijk nadere bepalingen inzake het huurrecht. Van deze bepalingen kan niet altijd in het contract worden afgeweken, omdat ze dwingend recht zijn.
Softwareleverancier / verhuurder
Hieronder een aantal bepalingen uit boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, die van toepassing zouden zijn, indien een softwarelicentie wordt gekwalificeerd als huur. Deze bepalingen betreffen met name onderwerpen die de belangen van de softwareleverancier raken.
Artikel 7:204 BW
- De verhuurder heeft met betrekking tot gebreken van de zaak de in deze afdeling omschreven verplichtingen.
- Een gebrek is een staat of eigenschap van de zaak of een andere niet aan de huurder toe te rekenen omstandigheid, waardoor de zaak aan de huurder niet het genot kan verschaffen dat een huurder bij het aangaan van de overeenkomst mag verwachten van een goed onderhouden zaak van de soort als waarop de overeenkomst betrekking heeft.
Op grond van dit artikel is van een gebrek sneller sprake dan vaak wordt afgesproken in softwarecontracten. Daarin staat vaak nauwkeurig beschreven wat een gebrek of fout in de software is. Deze regeling maakt de definitie van een gebrek ruim.
Artikel 7:206 BW
- De verhuurder is verplicht op verlangen van de huurder gebreken te verhelpen, tenzij dit onmogelijk is of uitgaven vereist die in de gegeven omstandigheden redelijkerwijs niet van de verhuurder zijn te vergen.
- Deze verplichting geldt niet ten aanzien van de kleine herstellingen tot het verrichten waarvan de huurder krachtens artikel 217 verplicht is, en ten aanzien van gebreken voor het ontstaan waarvan de huurder jegens de verhuurder aansprakelijk is.
- Is de verhuurder met het verhelpen in verzuim, dan kan de huurder dit verhelpen zelf verrichten en de daarvoor gemaakte kosten, voor zover deze redelijk waren, op de verhuurder verhalen, desgewenst door deze in mindering van de huurprijs te brengen. Hiervan kan niet ten nadele van de huurder worden afgeweken.
Als er sprake is van een gebrek in de verhuurde software, dan zal de verhuurder/softwareleverancier dit moeten herstellen. Hiervoor kan hij geen extra kosten in rekening brengen, het gaat immers om wettelijk verplicht onderhoud. Een softwareleverancier zal hiermee rekening moeten houden bij het bepalen van de huurprijs.
Artikel 7:207 BW
- De huurder kan in geval van vermindering van huurgenot ten gevolge van een gebrek een daaraan evenredige vermindering van de huurprijs vorderen van de dag waarop hij van het gebrek behoorlijk heeft kennis gegeven aan de verhuurder of waarop het gebrek reeds in voldoende mate bekend was om tot maatregelen over te gaan, tot die waarop het gebrek is verholpen.
- De huurder heeft geen aanspraak op huurvermindering ter zake van gebreken die hij krachtens artikel 217 verplicht is te verhelpen, of voor het ontstaan waarvan hij jegens de verhuurder aansprakelijk is.
Het gevolg van artikel 7:207 BW is dat de licentienemer een sterk middel heeft om een degelijke software te krijgen. Als de software niet goed gebruikt kan worden door een gebrek, heeft hij de mogelijkheid om de verhuurder te korten op de huurvergoeding.
Artikel 7:208 BW
Onverminderd de gevolgen van niet-nakoming van de verplichting van artikel 206 is de verhuurder tot vergoeding van de door een gebrek veroorzaakte schade verplicht, indien het gebrek na het aangaan van de overeenkomst is ontstaan en aan hem is toe te rekenen, alsmede indien het gebrek bij het aangaan van de overeenkomst aanwezig was en de verhuurder het toen kende of had behoren te kennen, of toen aan de huurder heeft te kennen gegeven dat de zaak het gebrek niet had.
Als er schade ontstaat door het gebrek in de verhuurde software, is de verhuurder/softwareleverancier daarvoor op grond van 7:208 BW aansprakelijk. Met artikel 7:207 BW kunnen de financiële gevolgen voor een softwareleverancier daarvoor aanzienlijk zijn.
Artikel 7:221 BW
De huurder is bevoegd het gehuurde geheel of gedeeltelijk aan een ander in gebruik te geven, tenzij hij moest aannemen dat de verhuurder tegen het in gebruik geven aan die ander redelijke bezwaren zal hebben.
Het is voor de verhuurder/softwareleverancier vaak ongewenst dat derde partijen zonder zijn toestemming gebruik maken van zijn product. Bij het verhuren van software dient dus ook rekening te worden gehouden met de rechten die de licentienemer heeft op grond van artikel 7:221 BW.
Softwarelicentienemer / huurder
Voorts kunnen ook een aantal bepalingen uit boek 7 van het Burgerlijk Wetboek van toepassing zijn, die verplichtingen meebrengen voor de softwarelicentienemer / huurder.
Artikel 7:217 BW
De huurder is verplicht te zijnen koste de kleine herstellingen te verrichten, tenzij deze nodig zijn geworden door het tekortschieten van de verhuurder in de nakoming van zijn verplichting tot het verhelpen van gebreken.
Het is de vraag in hoeverre de huurder hier aan kan voldoen als het om software gaat. De meeste licentienemers zullen hiervoor niet beschikken over de benodigde middelen (bijvoorbeeld de broncode van de software) en kennis.
Artikel 7:220 BW
- Indien gedurende de huurtijd dringende werkzaamheden aan het gehuurde moeten worden uitgevoerd of de verhuurder krachtens artikel 56 van Boek 5 iets moet toestaan ten behoeve van een naburig erf, moet de huurder daartoe gelegenheid geven, onverminderd zijn aanspraken op vermindering van de huurprijs, op ontbinding van de huurovereenkomst en op schadevergoeding.
De huurder/licentienemer moet onderhoud van de software en de onbeschikbaarheid die daarvan het gevolg kan zijn dulden. Als onderhoud noodzakelijk is, kan de licentienemer dat niet tegenhouden.
Koop breekt geen huur
De “koop breekt geen huur”-bepaling is neergelegd in artikel 7:226 BW en verdient in het bijzonder aandacht van de softwareleverancier en de licentienemer. De bepaling is dwingend recht en luidt als volgt:
Artikel 7:226 BW
- Overdracht van de zaak waarop de huurovereenkomst betrekking heeft en vestiging of overdracht van een zelfstandig recht van vruchtgebruik, erfpacht of opstal op de zaak waarop de huurovereenkomst betrekking heeft, door de verhuurder doen de rechten en verplichtingen van de verhuurder uit de huurovereenkomst, die daarna opeisbaar worden, overgaan op de verkrijger.
- Overdracht door een schuldeiser van de verhuurder wordt met overdracht door de verhuurder gelijkgesteld.
- De verkrijger wordt slechts gebonden door die bedingen van de huurovereenkomst, die onmiddellijk verband houden met het doen hebben van het gebruik van de zaak tegen een door de huurder te betalen tegenprestatie.
- Bij huur van een gebouwde onroerende zaak of een gedeelte daarvan alsmede van een woonwagen in de zin van artikel 235 en van een standplaats in de zin van artikel 236, kan niet van de voorgaande leden worden afgeweken.
Voor een softwareleverancier/verhuurder geldt dus dat hij het eigendom (de auteursrechten) van de verhuurde software wel kan verkopen, maar alleen “bezwaard” met licenties. Een licentienemer is dus beschermd en behoudt bij overdracht zijn gebruiksrecht.
Conclusie
Het is dus heel goed om goed te evalueren of u uw softwarecontracten wilt kwalificeren als huur/verhuur. Indien u op dit moment reeds contracten gebruikt, waarbij u spreekt over huur, neem dan eens vrijblijvend contact met ons op om samen met u uw rechtspositie te inventariseren.